Suzanneindia.reismee.nl

De 163 km lange treinreis naar Manakara

Voor de trouwe lezers onder ons, alsnog 4 maanden later het vervolg van onze reis in Madagascar!! Waar waren we ook alweer gebleven... We zijn aangekomen in Fianarantsoe en hebben gisteravond de karaokeavond gehad en op tevergeefs jacht geweest naar treintickets..Het is zaterdag 28 november.. de dag waarop de trein naar Manakara gaat...veel leesplezier!

We worden wakker van geklop op de deur. Met een slaperig hoofd doet Suzanne de deur open, het is Sam, de zon schijnt al volop. Hij zegt I'm very sorry, but Vincent has no tickets. Doorhaar hoofd schiet dat we te laat zijn en de trein gemist hebben. En dat is balen, want het is niet dat er meerdere treinen vandaag gaan, er gaat er uberhaupt maar twee in een week en dat is dus vandaag om 7:00. Maar dan blijkt dat Sam zich verontschuldigt, omdat hij ons toch zo vroeg moet wakker maken, omdat ze geen ticket hebben weten te bemachtigen. We moeten dus alsnog vroeg naar het treinstation en dat kan makkelijk want het is pas 6 uur, wat een service van Sam en Vincent :). Tijd voor een douche, spullen inpakken en gaan. Aangekomen op het station zijn er al vele mensen die aan het wachten zijn, maar er is nog geen bedrijvigheid. Het loket is nog dicht. We zien sinds lange tijd toeristenmet hun backpacks, zo'n 15 man, aan de andere kant van de hal wachten de locals met volle tassen enmanden. Veel vrouwen met kleine kinderen die met hun benen bungelend op de rug van hun moeder als een klein baby aapje gewikkeld zijn in een doek.Als het tijd is om te drinken, wordtde doek even losgemaakt, hetkind op de borst gelegd en de doek weer vastgezet, de vrouw blijft ondertussen gewoon doorgaan met datgene wat ze aan het doen is: wachten, kletsen of de tassen in de gaten houden. Alshetkindje klaar is met drinken, dan gooit moederhaar weer op de rug, waar het tevreden in slaap valt. Niks geen boertje doen, in een bedje slapen, nekje vasthoudenof angst dat de heupjes zich niet goed ontwikkelen als het zo los bungelt. Ook minder gejammer, gehuil en gezeur. De moeder doet haar ding en het kindje gaat mee in haar daily bussiness en niet andersom. Je ziet ze dan ook nog wel van een stuk ouder op de rug slapen, zo rond 2 a 3 jaar.

Het lijkt erop dat de trein niet om 7 uur gaat vertrekken. We kunnen dus makkelijk nog even een ontbijtje scoren ergens buiten het station met Sam en Vincent. We komen in een locaal tentje zonder menu's en niemand die Engels spreekt. Een kennis van Sam en Vincent weet voor ons sap, ei en broodte regelen.

We gaan welsnel weer terug naar het station, want je weet maar niet wanneer hij wel vertrekt. We nemen afscheid van Sam en Vincent. Hoe dichter bij het station we komen, hoe meer we weer aangesproken worden door kinderen. Ze laten ons zelfgemaakte ansichtkaarten zien die ze verkopen om vervolgens van het geldschoolspullen te kunnen kopen. We delen de pennen uitdie we ons hebbenen al snel gaat de tamtam de ronde dat wij pennen uitdelen en komen om de haverklapandere (of dezelfde die het nog een keer proberen,je weet maar nooit wie weet trappen we erin)kinderen naar ons toe. Of dezelfde komen terug, omdat de pen het niet doet..(oeps, ook lullig). Ze oefenen direct hun standaard zinnetjes engels. Als alle pennen op zijn, zien we ze ook niet meer terug. We staan nog steeds te wachten in de rij. Niemand lijkt te weten hoe laat er iets gaat gebeuren, inmiddels zijn we het wachten gewend en zijn we in staat ons er helemaal, zo onthaast als we zijn,aan over te geven.

Om half elf, na vier uur wachten, lijkt er iets te gebeuren. Het loket gaat open en we kunnen ons treinkaartje kopen. Het liefste willen we eigenlijk bij de locals in de treincoupe, maar het verschil is zo gigantisch groot. De kans dat je geen zitplek hebt,is erg groot en dat je met 10 man vier plaatsen moet delen ook. De ramen zijn smerig, klein of ontbreken. Dat is voor een reis van 12 tot 17 uur dan wel erg afzien. Dus toch maar de wat luxere coupe. Als we naar de trein lopen, dan is het verschil ook schrikbarend goed zichtbaar. De voorste 2 coupe's zijn nog heel, netjes, goed in de lak en zien er strak uit. De achterste zijn voorzien van roest, deuken, kapotte ramen enafgebladerde verf. In onze coupe zijn ruime zitplaatsen en een groot raam, waarbij we dus mooi naar buiten kunnen kijken. Om half 12 lijkt er dan eindelijk beweging in te komen en beginnen we te rijden. Excited, we gaan!!

Er zijn in madagascar maar enkele treinsporen aangelegd. Dit treinspoor van Fianarantsoe naar Manakara is ongeveer 163 km lang en komt langs allerlei kleine dorpjes.De meeste van deze dorpjes zijn volledig afhankelijk van de trein die hen 2 per week vanvoedsel e.d. voorziet. De dorpjes zijn namelijk gelegen in de middle of nowhere, vaak is er niet eens een weg naar toe enzelf hebben ze weinig tot geen vervoersmiddelen behalve de benenwagen. De treinrijdt dit traject, alsje geluk hebt, maar tweekeer in de week. Maar wanneer die dus uitvalt en niet kan rijden,zitten deze dorpjes (zo'n 100.000 mensen)dus zonder hunbevoorrading. Het treinspoor is aangelegd tussen 1926 en 1936 en gaat over 67 bruggen, door 48 tunnels en kruist zelfs de landingsbaan van het vliegveld van Manakara. Er wordt geschat dat de bouw van de treinrails het leven van zo'n 5000a 10.000 mannen heeft gekost.

De trein rijdt maximaal 35 km per uur, langzaam vooruit tuffend komen we langs kleurrijke dorpjes met zwaaiende kinderen,poedelende naakte mannen in de rivier en prachtigerijstvelden. De natuur verandert steeds weer en het is onvoorstelbaar hoeveel kleuren groen ze hier hebben. Ook door de enorme veelzijdigheid aan bomen en planten kijk je je ogen uit. We rijden door de bergen en langs enorme valleien, met prachtige uitzichten.

Onbekend is ook hoe lang de trein er over doet. Dat kan 12 uur zijn maar ook 24. Het komt ook voor dat de trein niet meer verder kan rijden door een defect of wat dan ook, waardoor je dus gestrand kan zijn in een dorpje ergens zonder enige way out. Het mooiste is wanneer de trein in een bocht rijdt en je de achterste wagons zo achter je aan ziet kronkelen met mensen die uit het raam hangen of mannen die op het opstapje staan, zich vasthoudend aan de beugels.

Onderweg stoppen we op elk perronnetje, vrouwen en kinderen komen dan toegesneld en bieden hun koopwaar aan, van sieraden tot soort van olie/bananenbollen. Kinderen met een tros bananen op hun hoofd gedrapeerd als een kroontje. Schalen vol zoete rijstballen verpakt in bananenblad, kreeftjes en pinda's. We zijn op zoektocht naar een flesje water, maar die blijken schaars in deze dorpjes waardoor ze rustig 4x zoveel er voor vragen.

Gelukkig is er een toilet aan boord, met zelfs een waterkraantje, waar maar liefst drie druppels uit te persen zijn. Het rammelt en het schudt, dus je moet goed je evenwicht bewaren. Licht is er niet op de wc en we komen erachter dat wanneer je dan onverwachts door een tunnel rijdt, je moet wachten en wachten tot je er weer uit rijdt, want het is dan pikkedonker. Ook in de trein zelf zie je dan geen hand voor ogen. Voor bij de wc is het ook even schrikken, daar zit namelijk een politieman in vol ornaat met een gigantisch lang en groot geweer. Toch fijn dat hij er is :).. Wat we daar ook zien is iemand die 3 mouse lemures op een stokje bij zich heeft. Ze worden over geplaatst van het ene naar het andere park, ook eenbijzondere manier van vervoeren.

Je weet maar nooit hoe lang de stop is. Soms een kwartier, soms 5 minuten. Maar het kan ook uren duren. Het begint donker te worden. We leven de gehele dag op bananenrijstbollen, pelpinda's (waar we echt veel meer van hadden moeten kopen), chips enkoekjes. Suzanne weet nogin het donker op een perron eenlauw biertje te scoren, want er is natuurlijk geen electriciteit. Op een gegeven moment lijken we in de middle of nowhere stil te staan.Er is in ieder geval vrij weinig te zien, behalve dan rondcirkelende vuurvliegjes.Er moet haast wel een perron zijn, we zijn moeen doen wat hazeslaapjes.Uiteindelijk blijkt het een stop van 3 uur, waarom in vredesnaam?? Het is al middennacht als we verder rijden.

Naeen reis van 15 uur, komen we rond dire/ half vier aan op het eindstation in Anakara. Best wel gesloopt moeten we met onze backpacks op en vermoeide ogen nog de onderhandeling aan met poussepousse lopers. Met zijn 4-en staan ze meteen voor onze neus. Vertraagd denkendals we nuzijn, weten we ereen uit te zoeken. Het zijn alleen maar lopers, die arme man. Met ons in het bakje, debackpacks daarvoor tilt hij ons op en gaat in draf naar het hostel. De straten zijn verlaten, de luiken gesloten en het is overal donker. We zien nog wel wat pubers op eenfiets luid schreeuwend en duidelijk onder invloed. De beste man probeert ons nog van alles te laten zien en aan te wijzen: de markt, de kroeg en de kerk. Aangekomen bij het hostel, bellen we aan in de hoop dat er nog iemand open doet. Er is helaas geen plek, grrr wat nu. Ondertusseneist de poussepousse het dubbele van wat we afgesproken hebben. Slaperig als we zijn,wordt het ons niet makkelijk gemaakt. Die bestebezwete poussepousse krijgt zijn geld zonder enig gesputter meer. Vervolgens komen er twee mannen uit hethostel gelopen. Ze blijken uit te checken. Oh, zegt de eigenaar toch een kamer vrij. Dats is fijn, hij brengt ons naar de kamer, die natuurlijk nog geheel beslapen eruit ziet. We vragen of hij in ieder geval schoon beddengoed heeft. De man kijkt ons verbaasd aan en maakt met handgebaren duidelijk dat dat morgen pas kan, hij kan er nu niet bij en het is ook duidelijk zijn taak niet, maar die van de kamermeisjes die er pas morgen weer zijn. Na enige discussie haalt hij twijfelend, voorzichtigen met een diepe zuchthet beddengoed er niet vanharte af. Wel twee keer geld voor een kamer voor een nacht vangen, maar er niks voor doen. Ach ja, we kunnen naar bed. Lang leve de lakenzakken en handdoeken die we om het kussen draperen als een soort van kussenhoes. We zijn gesloopt en vallen snel in slaap.

Het is lang geleden dat we uitgeslapen hebben, maar als we pas om vier uur/half vijf in bed stappen, zijn we er ook al wel aan toe. Rond 12 uur worden we wakker.

Tijd om onze kleding te wassen, dat is wel nodig. Dus op naar de binnenplaats van het hostel. We vragen of we de wasplaats mogen gebruiken, een dame overhandigt ons een emmer en verder moeten we het maar uitzoeken. We vinden ergens nog een teil en hebben gelukkig zelf nog wat wasmiddel. We laten de emmer zakken in de waterput en hijsen hem vervolgens, gelukkig vol met water, weer omhoog. De teil is gevuld, dus de handwas kan beginnen! Het duurt niet lang of onze was hangt mooi te drogen aan de waslijn. Dan is het tijd om de buurt te verkennen. We komen aan bij de markt. Ze hebben alleen maar etenswaren. We hadden ook een beetje gehoopt op wat winkels waar we wat leuke souvenirs kunnen kopen, maar helaas het is natuurlijk zondag en verder is het dus stil en uitgestorven. Op de overdekte markt blijkt hoe beperkt de gevarieerdheid in fruit is. Veelvuldig zie je de groentes die voorkomen in ons de-neus-uitkomende-wel-bekende-weg-ermee-legumes-sautes. Oftewel wortel, ui en courgette. Verder zie je wat verschrompelde paprika's en ienieminie kromme aubergines.Eigenlijk ziet het er allemaalslap, klein, slecht en verdord uit. We besluiten wat pinda's te kopen, want daar kun je nooit genoeg van hebben. Dachten we...een jutezak van 20cm laten we vullen met naar later blijkt taaie noten die naar rauwe aardappel smaken. Her en der ligt er ook nog vlees op de metrood vleessapbesmeurde tafels bedolven onder vliegen en wie weet wat nog meer. Eet smakelijk ;)

Suzan koopt nog wat kleine balletjes die gefrituurd worden en gemaakt zijn van een soort deeg die ze meekrijgt in een papieren frietzakje gemaakt van papier uit een oud, gebruikt schoolschriftje. Ze zijn wel lekker. We gaan wat drinken ergens bij een restaurant, verse ananassap. Ophet moment dat Jiska wil betalen, blijkt haar geld gestolen. Verbaasd kijkt ze in haar portemonnee, we hadden net geld gepind gisteren, dus daar had veelaan briefjes in moeten zitten. Wie, wanneer?!?!?Iemand heeft gewoon de portomonneegepakt, geld uit gehaald en weer teruggestopt. Gelukkig heeft ze depasjes nog, maar wat is dit vreselijk balen zeg! En gewoon niks in de gaten gehad, we weten ook echt niet wanneer het gebeurd zou moeten zijn..We gaan maar terug naar het hostel, want daar hebben we WIFI. Het blijkt dat het politiebureau nog open is. We vinden het loketjeen er blijkt een politieman aanwezig te zijn, die direct begint te sjansen met Jiska. Hij vraagt meteen wat ze vanavond gaat doen. Hij noteert kort wat er gebeurd is en zegt dat we morgenochtend terug moeten komen, om proces verbaal echt op te kunnen maken. Nu is het namelijk zondag en kan dat niet. Morgenochtend wilde we rond die tijd eigenlijk weer verder met taxibrousse, maar die moet nu maar een keer wachten op ons dan. Vervolgens gaan we op zoek naar een bank, er moet natuurlijk weer gepind worden. We laten ons door een loop poussepousse naar het strand brengen.

We lopen een rondjeover het strand, het is ontzettend druk met locals.Jongeren die bij elkaar hangen, verliefde stelletjes op een handdoek of kinderen dieeen kokosnoot in het water gooien en wachten tot de golven hem weer terugbrengt.We hebben dorst en willen ergens wat drinken, maar dat is niet zo makkelijk. Het is nou niet dat er allerlei gelegenheden zijn, eigenlijk gewoon niet.Na eenhalf uur lopen en de lonely planetal raadplegend, vinden we dan wat. Er is een terras in de zon aande rivier. Met zicht op de brug enpiroques die af en aan mensen rondvaren. We zijn we de enige gasten, maar dat zijn we inmiddels wel gewend. Het is een relaxed plekje en genieten in de ondergaande zon. We begrijpen van de serveerster dat het geen avocadoseizoen is, helaas.

Dan wordt het tijd om wat te eten, maar waar?het is ook niet zo dat je namelijk allerlei restaurants op een rijtje heb zitten, met flikkerende verlichting.Het is niet zo dat we aan het rand van het centrum ofzo zitten, maar dit ishet gewoon wel een beetje. We besluiten een keer wat meer geld uit te geven en in een hotel te eten i.p.v een lokaal restaurantje. Ook daar zijn we de enige gasten. Wekijken uit op de zee en heteten is ook een keer wat anders, ondanks dat de serveersterons verkeerd heeft begrepen en we minder krijgen dan wat we besteld hadden. Op straat is het pikkedonker. We weten niet goed welke kant we op moeten lopen. En de poussepousses zijn ook niet voor het oprapen, sterker nog er is amper een vervoersmiddel op de weg te vinden. We vragen iemand bij het hotel, maar die wijst maar in een richting en hebben we niet veel aan. Dan maar weer de straat op en beginnen te lopen, niet wetend of het uberhaupt veilig is. Maar naar we nog wisten te herinneren was het juist in Manakara niet echt veilig. Gelukkig komt er dan al gauw een gemotoriseerde poussepousse, beter bekend als tuktuk, aan. Hij stapt van zijn brommertje, pakt een opstapje om ons achter in te laten stappen. Onderweg pikken we nog een jongen mee die met motorpech staat, zijn vriendin bij de motor achterlatend. Veilig bereiken we ons hostel.

S ochtends pakken we de tas weer in, onze was hangt nog aan de lijn. Maar daar aangekomen blijkt alles weg. We kunnen het ook niet 1-2-3 vinden. Wat blijkt, het heeft geregend vannacht dus iemand heeft het binnen in eenhokje gehangen. Wat lief. Wenemen nog gauw even een ontbijtje voor bij het hostel. Direct komen er van de straatkant poussepousses aangesneld als strontvliegen op een koeienvlaai, wachtend bij de uitgang en ons aanstarend in de hoop een glimpje van oogcontact op te vangen om zo alvast te kunnen seinen dat weecht voor hemmoetenkiezen. Dit houden zeop deze manierontzettend lang vol, tot grote ergenis van Jiska. Suzanne kijkt wat moeilijk en wisselt nog even gauw haar lenzen om. Misschien zijn die tochonverhoopt verwisseld.Na het uitchecken moeten we nog langs die poussepoussechauffeurs, maar ja we hebben er toch ook wel een nodig. Dus in de onderhandeling maar weer en op naar het politiebureau.

Op het politiebureau gaat het gesjans met Jiska weer verder..je suis celebarter..ben je getrouwd..etc.alles prima, zolang hij ondertussen maar dat proces verbaal maakt.Ze nemen de tijd, het proces verbaal moeten we zelf schrijvenen dan zullen zij hem ondertekenen.In de hoek achter de politiedeskzien we twee handen geklemd om de tralies. Suzanne heeft stekenin haarogen, het zit nog steeds niet lekker. Dankomt Jiska met deopmerking dat ze niks kan zien bijna. Zouden we dan toch? En ja hoor.. dat zater natuurlijk een keer in met dezelfde lenenbakjes. We hebben elkaars lenzen in en daar zit echt een groot verschil in. Geen wonder dat we beiden last hebben van de ogen!Ter plekke, al wachtend op de politie,wisselenwe het maar meteen om.

Om half tien komen we aan op het taxibrousse station. Helaas zijn alle bussen al weg en is het een oase van rust. Tenminste, natuurlijk komen alle medewerkers op ons afgerend vanuit hun hutjes. Jaaaaah vazaas in ons gebied waar we geld aan kunnen verdienen. Maar de eerste bus gaat pas rond half 5 en in het Malagassy betekent dat dus minimaal 7 uur. Ook zonde van onze dag...hmmm wat nu? Het is maandag 30 november, we zijn in Manakara en moeten 3 december toch wel terug zijn in de hoofdstad. Of we wachten een hele dag of we moeten alle plaatsen in de bus opkopen. Dat zijn er 16. okeeee... zo decadent zijn we nog niet geweest. Maar het is ook zonde om een hele dag te missen en Manakara was nou ook niet zo spannend om nog langer te blijven. Daarbij komt dat vanavond onze enige kans op een nightwalk in het park is. Dus what the hell, we kopen al die plaatsen op en krijgen vervolgens een hele bus voor onszelf. Nadat Suzan een hele struik lychees gekocht heeft, gaan we op pad. Dan kunnen we ook nog wel even pinnen, want dat blijkt bij dat park niet te kunnen. Onze prive chauffeurrijdt er speciaal voor om. Nu hoeven we onderweg ook niet te stoppen en kunnen we aan onze vijf uur durende rit beginnen. Op naar Ranomafana.

Onderweg delen we wat lychees met de chauffeur, zingen we mee en zien we het landschap veranderen naar een steeds meer tropischer klimaat. Het park van Ranomafana is ook een regenwoud. Onderweg stoppen we nog even om wat te eten in lokaal tentje. We weten uit te leggen dat we geen vlees eten. We krijgen weer onze befaamde rijst met bonen, die we inmiddels aardig weten te waarderen. We weten in de straat ook nog een sjaal te scoren en een rieten mand. We zijn bijna zelf een Malagasssy! Aan het eind van de middag komen we dan aan en slapen we aan de rand van het rainforest, het is direct ook een stukje kouder!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!